Met haar afstudeervoorstelling Nachtbloem sluit Sjoukje Böing (26) in mei 2013 een bijzondere tijd af. Vijf jaar studeerde ze aan Theateropleiding Selma Susanna in Amsterdam. Sjoukje: “Bij de audities voelde ik al: hier moet ik zijn!”
‘Op de theatervloer deins ik nergens voor terug’
SJOUK MAAKT THEATER DAT JONG EN ONVERSCHROKKEN IS
Sjoukje: “Mijn naam verraadt een beetje dat ik in het noorden van Nederland ben geboren. Maar op mijn tweede al verhuisde ons gezin naar Limburg. Zo komt het dat ik een Friese naam heb, maar ook een zachte G. Ondertussen noem ik mezelf als artiest SJOUK. Het is kort en krachtig en kan als artiestennaam op zichzelf staan. Mijn hele jeugd stond in het teken van theater. Niet dat mijn ouders me hebben gepusht; ik wilde het gewoon zelf. Ik wilde zingen, toneelspelen en vooral dansen. Op mijn zesde mocht ik een proefles volgen bij een dansschool. Al die spiegels om me heen, ik vond het geweldig! Mijn eerste theatervoorstelling ooit speelde ik in een klein theatertje in Venlo. De Garage, heet dat. Piepklein en knus, een echte garage omgebouwd tot theater. Ik was 11 toen.”
Eigen rol creëren
“Om te studeren ging ik naar Utrecht. Het werd Theaterwetenschappen, omdat men mij voor de opleiding Docent Drama nog te jong vond overkomen. Dat zorgde er meteen voor dat ik nooit meer ergens auditie durfde te doen. De jaren daarna kwam ik steeds mensen tegen, die mij aanspoorden de stap toch nog eens te wagen. Mijn eigen oordeel ‘jij wordt toch nooit aangenomen’ heb ik toen geparkeerd. Bij sommige opleidingen werd ik tot mijn eigen verbazing wel aangenomen, op andere plekken afgewezen. Maar pas toen ik bij Theateropleiding Selma Susanna aan een auditieweekend meedeed, voelde ik me echt op mijn plek. Ik kreeg de indruk dat ik daar niet aan een vooraf opgelegd plaatje hoefde te voldoen, zoals bij veel andere theateropleidingen wel het geval is. Ik zou er mijn eigen rol kunnen creëren. En dat was waar ik naar zocht.”
“Deze vijf jaar hebben me heel veel gebracht. Veel hoogtepunten vooral, zoals workshops van docenten uit Londen en Bilbao en het spelen in een toneelstuk onder regie van Thérèse Hoes. Soms zaten de hoogtepunten in lessen, waarin je plotseling iets bereikt. Zo’n doorbraak van ‘aha, wacht, zo dus!’ En er waren veel momenten waarop ik mijn klasgenoten tijdens lessen iets briljants zag doen. Ook vond ik het een geweldige ervaring om in het derde jaar door Selma Susanna geregisseerd te worden bij mijn allereerste solovoorstelling. Daarmee heb ik opgetreden op het ACT Festival in Bilbao. Daar leerde ik en passant veel Spaanse theatermakers kennen en ervoer hoe zij tegen theater aankijken. Ik heb er workshops gevolgd en speelde ook mee in een hele bijzondere voorstelling, die daar gecreëerd werd. Het was een geregisseerd bruiloftsfeest, waarin theatermakers en publiek samen opgingen. Ik speelde de bruid. Zo’n ervaring vergeet je gewoon nooit meer.”
“Het is voor mij moeilijk dat ik door mijn uiterlijk en mijn stem al snel als een klein meisje word gezien. Maar vooral is het mijn uitdaging er fysiek iets tegenin te brengen. Tijdens de opleiding heb ik daar de nodige tools voor gekregen, waardoor ik mijzelf als theaterpersoonlijkheid heb kunnen verbreden. Maar dat meisje in mij wil ik ook koesteren en gebruiken. In mijn afstudeervoorstelling Nachtbloem doe ik dat om via het personage uit die voorstelling iets te kunnen zeggen over onschuld en seksualiteit. En over gevaarlijke naïviteit. Juist het spanningsvlak tussen meisje en vrouw is daarbij zo interessant.”
Zonder schaamte
“In mijn portfolio staat dat ik theater maak dat jong en onverschrokken is. Als je naar een voorstelling van mij komt kijken, zie je beelden en hoor je teksten die in eerste instantie vragen oproepen of misschien zelfs vervreemdend zijn. En wanneer ik iets te zeggen heb, dan deins ik nergens voor terug. Niet dat ik zal choqueren om het choqueren, maar ik zeg gewoon wat ik nodig vind om te zeggen. Zonder schaamte. Ook in de voorstelling Nachtbloem is dat het geval. Het gaat over een meisje dat alleen op haar kamer zit. Zij vind het heel moeilijk om in het dagelijkse leven contact te maken met andere mensen, met de buitenwereld. Maar via internet gaat het haar juist heel gemakkelijk af. Zonder schaamte toont zij zichzelf aan anderen via een webcam, een kleine camera die zij aan haar hand draagt alsof het een ring is. Ze doet veel gekke dingen, maar af en toe kan het publiek toch een glimp opvangen van hoe zij daadwerkelijk in het leven staat, van haar gedachten en haar struggles. Uit deze voorstelling blijkt mijn grote fascinatie voor mensen in de maatschappij die bijzonder zijn, of die bepaalde gebreken hebben die mijn eigen imperfecties uitvergroten. En ook mijn nieuwsgierigheid naar alternatieve sociale netwerken komt aan bod. Netwerken, zoals die op internet bestaan, via welke eenlingen elkaar opzoeken en elkaar anoniem van alles toevertrouwen. Het is een deel van een duistere wereld die ik graag wil laten zien in Nachtbloem.”
Nachtbloem, de afstudeervoorstelling van SJOUK, is op 7, 8, 12 en 13 september te zien op het Fringe Festival in Amsterdam. Hiernaast treedt SJOUK regelmatig op als kleinkunstzangeres, met traditionele theaterliederen. Ook maakt zij deel uit van de coverband Port Side.